Sinterklaas? Sint op school!
 
(Advertentie)
(Advertentie)

Heeft het dier vijanden? Welke?


Is het dier een vijand voor andere dieren?

Wat eet en drinkt het dier?


Hoe komt het dier aan voedsel?

(Advertentie)
  • Lengte
  • Hoogte
  • Gewicht
  • Huidskleur
  • Let op de plek van de zintuigen
  • Hoe is het dier aangepast aan zijn omgeving?

 

 

Teken het dier.

(Advertentie)

Hoeveel jongen krijgt het dier?

 

Wat is de draagtijd?

 

Hoe worden de jonge dieren verzorgd en beschermd?


Hoe lang blijven ze bij de ouders?


Hoe oud kunnen de dieren worden?

(Advertentie)
(Advertentie)

Waarnemen

 

Hoe ziet, hoort, proeft, ruikt, voelt het dier?


Heeft het dier speciale zintuigen? Vertel daar iets over.

 

Zintuigen zorgen ervoor dat een dier snel zijn omgeving kan overzien. Dit is belangrijk om te overleven.


Waar leeft het dier? (Welk werelddeel, land)Waarom leeft het dier juist daar?


Wat kun je vertellen over het klimaat in zijn leefomgeving?

 

Hoe ziet zijn leefomgeving (habitat) eruit?

♦ Leeft het dier alleen, in paren of in groepen?


♦ Heeft de groep een leider?


♦ Hoe wordt het dier een leider van de groep?

 

Wanneer een dier in een groep leeft heeft hij meer kans om te overleven.

(Advertentie)